Verantwoordelijkheden binnen Tenderhands Care
Het is van belang dat verantwoordelijkheden van medewerkers van Tenderhands Care, waar het gaat om vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling, goed zijn vastgelegd. De verantwoordelijkheden per functie* zijn:
- De Verzorgende, verpleegkundige dient deskundig te zijn in het herkennen en bespreken van signalen die kunnen wijzen op huiselijk geweld en kindermishandeling. Onder signaleren wordt verstaan het waarnemen en interpreteren van aanwijzingen in gedrag en lichamelijk welzijn van de ouderen en in het gedrag van de ouders en in de gezinsomgeving die mogelijk wijzen op huiselijk geweld of kindermishandeling. Deze signalen dienen zo snel mogelijk te worden neergelegd bij de aandacht functionaris. Er wordt geadviseerd om de deskundigheidsbevordering van verzorgenden en verpleegkundigen op dit onderwerp een structurele plek te geven in het scholingsplan.
- De aandacht functionaris, mevr. D. Bakboord, heeft een centrale en adviserende rol in de stappen rond het signaleren en handelen bij vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling in huiselijke kring. Mevr. D. Bakboord is de Kwaliteit functionaris en ervaren verpleegkundig en is opgeleid hoe te handelen. heeft tevens contact met externe partijen als Veilig Thuis.
- De directie draagt de eindverantwoordelijkheid voor de uitvoering van dit protocol. De directie is verantwoordelijk voor het opnemen van de meldcode in het zorgbeleid en/of veiligheidsbeleid en dat deze aansluit op werkprocessen binnen de organisatie.
De directie draagt er zorg voor dat beroepskrachten: verpleegkundigen en verzorgenden binnen de organisatie op de hoogte zijn van de meldcode en er naar kunnen handelen.
De directie stelt een aandacht functionaris aan en geeft deze mandaat en de ruimte deze functie naar behoren uit te oefenen.
De directie is bij het vermoeden van een geweld- of kindermishandeling door een collega verplicht om in contact te treden met de vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het IGJ en ook tot het doen van aangifte als er sprake is van een reëel vermoeden.
*De organisatie kan ook besluiten om 2 aandachtfunctionarissen aan te stellen
Indeling van het protocol
Dit protocol is speciaal toegeschreven op de thuiszorg en is bedoeld voor iedereen die bij Tenderhands Care werkzaam is. Ieder deel in dit protocol is in beginsel van toepassing op verschillende situaties, hoewel niet altijd direct duidelijk hoeft te zijn welk deel van dit protocol moet worden ingezet. Het kan immers zijn dat er signalen bij een oudere worden geconstateerd, maar niet duidelijk is of er thuis iets aan de hand is of dat er juist buiten iets is gebeurd. Daarom is stap 1 altijd: in kaart brengen van signalen. Door één protocol te hanteren wordt heel veel informatie op één plek verzameld.
De wetgeving waarin de meldcode is vastgelegd wijzigt per 2019. Vanaf dat moment is het verplicht om met een afwegingskader te werken. Een afwegingskader beschrijft wanneer en op basis van welke overwegingen, het melden van vermoedens van huiselijk geweld en/of kindermishandeling als noodzakelijk wordt beschouwd. Het afwegingskader formuleert daarnaast wanneer hulpverlening bieden of organiseren (ook) tot de mogelijkheden behoort. Het afwegingskader is opgenomen in stap 4 van de meldcode. In stap 5 van de meldcode wordt vervolgens een beslissing genomen op basis van de afweging die gemaakt is in stap 4. De stappen 1 tot en met 3 van de meldcode wijzigen inhoudelijk niet.
Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke of familiekring van het slachtoffer wordt gepleegd. Hieronder vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging (al dan niet door middel van, of gepaard gaand met, beschadiging van goederen in en om het huis).
De combinatie van kinderen en huiselijk geweld betekent altijd kindermishandeling. De handelwijze bij huiselijk geweld is hetzelfde als bij kindermishandeling of een vermoeden daarvan.
Kindermishandeling is elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel. Kenmerken van kindermishandeling kunnen zijn: angst, onmacht, isolement, eenzaamheid en loyaliteit.
Protocol Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling
De meldcode in de praktijk:
Stap 1
Je hebt als verzorgende of verpleegkundige een onderbuikgevoel over een bepaalde zorgvrager. Het gevoel dat “iets niet pluis’’ is. Signalen kunnen heel concreet zijn, maar dit hoeft niet. Het kan zijn dat je door allerlei (kleine) signalen bij elkaar opgeteld het idee hebt dat er iets mis is. Wanneer je met zorgvrager spreekt over bepaalde zorgen hebben zij steeds excuses, bagatelliseren de zorgen en/of komen niet voldoende in actie in jouw optiek. Je blijft je zorgen maken. Je houdt de dingen die je constateert goed bij, net als de gespreksmomenten die je hebt (gehad) met de zorgvrager. Je bespreekt je zorg ook met de aandacht functionaris.
Stap 2
Vervolgens ga je in gesprek met collega’s. Hebben zij ook signalen geconstateerd? En wat vinden zij van de signalen die jij hebt gezien? Je vraagt de aandacht functionaris om advies en/of er wordt contact opgenomen met Veilig Thuis om de situatie (anoniem) voor te leggen. Over wie contact opneemt met Veilig Thuis zijn duidelijke afspraken gemaakt binnen de organisatie. Alle acties die ondernomen worden, worden goed bijgehouden in het cliënten dossier.
Stap 3
Op basis van de kennis die je nu hebt opgedaan, ga je in gesprek met de zorgvrager of in sommige gevallen met het kind. Dit kan zo nodig met ondersteuning van de aandacht functionaris, of een leidinggevende. Ook hier zijn duidelijke afspraken over gemaakt binnen de organisatie. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt.
Stap 4
Je weegt de signalen op basis van het afwegingskader. Je beantwoordt de twee vragen: is melden noodzakelijk? En vervolgens: is hulp bieden en/of organiseren voor de zorgvrager of kind ook mogelijk? Deze hoofdvragen moeten worden beantwoord door een aantal vragen over de situatie te beantwoorden.
Het kan zijn dat je zorgen na het gesprek met de zorgvrager zijn verminderd of zijn weggenomen. Bijvoorbeeld omdat de zorgvrager heeft aangegeven dat zij zelf hulp hebben gezocht. In zo’n geval kan besloten worden de meldcode te stoppen. Houd goed vinger aan de pols en biedt ondersteuning aan zorgvragers door er te zijn voor hen. Hiervoor kunnen ook samenwerkingspartners worden benaderd in de sociale kaart. Deze dient te worden aangepast/ingevuld voor de eigen situatie).
Stap 5
Je maakt de beslissing of melden bij Veilig Thuis noodzakelijk is en/of dat hulpverlening kan worden georganiseerd. Deze beslissing leg je vast in het dossier van de zorgvrager.
Professionele norm:
Het melden van vermoedens van huiselijk geweld en/of kindermishandeling is een professionele norm in alle gevallen waarbij sprake is van acute onveiligheid en/of structurele onveiligheid.